Nieuw beleidskader financiering staatsschuld

Vandaag heeft minister van Financiën Wopke Hoekstra het nieuwe beleidskader voor de financiering van de staatsschuld aan de Tweede Kamer verstuurd. De komende jaren zal de gemiddelde looptijd van de schuld- en swapportefeuille van de Nederlandse staat geleidelijk verder worden verlengd richting de 8 jaar. Hierdoor worden de huidige lage rentes voor een langere periode vastgelegd. Passend bij het huidige, lagere niveau van de staatsschuld wordt het maximum korte termijn renterisicobedrag verhoogd van 18% naar 30%. Consistentie, transparantie en liquiditeit blijven leidende principes; tegelijkertijd zal waar mogelijk meer flexibiliteit worden betracht in het financieringsbeleid. Het nieuwe beleidskader gaat gelden vanaf januari 2020.

Bij het opstellen van het nieuwe beleidskader is gebruik gemaakt van de resultaten van de evaluatie van het huidige beleid. Daarvoor heeft het Agentschap een extern deelonderzoek laten uitvoeren door SEO Economisch Onderzoek. Geconstateerd is dat het beleid – zowel het financieringsbeleid als het renterisicokader - dat in de periode 2016-2019 is gevoerd, heeft bijgedragen aan de doelstelling van schuldfinanciering tegen zo laag mogelijke kosten onder acceptabel risico voor de begroting.

Voor de komende periode zal het Agentschap dan ook geen grote veranderingen doorvoeren ten aanzien van het financieringsbeleid. Wel is het de intentie om – in lijn met een aanbeveling uit de evaluatie - meer flexibiliteit in te bouwen, zonder daarbij in te leveren op bestaande principes als consistentie, transparantie en liquiditeit. Voor het renterisicokader zijn nieuwe doelstellingen geformuleerd. Door de gemiddelde looptijd van de schuldportefeuille verder te verlengen, van de huidige 6,4 jaar richting de 8 jaar, worden de huidige lage rentes voor een langere periode vastgelegd. Hiermee wordt meer budgettaire zekerheid gecreëerd voor de middellange termijn. Een verlenging volgt ook logisch uit het beleid zoals dat in de voorgaande kaders is gevoerd (sinds 2012 is de gemiddelde looptijd van 3,5 jaar geleidelijk aan verlengd).

Een verhoging van het plafond voor het korte termijn renterisicobedrag van 18% naar 30%, past bij het huidige, lagere niveau van de staatsschuld. Vergeleken met vier jaar geleden is de staatsschuld gedaald (zowel absoluut als als percentage van het bbp), waardoor er meer capaciteit is om eventuele rentestijgingen op de korte termijn te absorberen.

Rekening houdend met de uitgangspunten van het financieringsbeleid, de vraag vanuit de markt en de ontwikkeling van de financieringsbehoefte zal de komende periode prioriteit worden gegeven aan het uitgeven van leningen met een langere looptijd, om verlenging van de gemiddelde looptijd te bewerkstellingen. Dat betekent dat het gebruik van renteswaps in het nieuwe kader beperkt zal zijn.

Het nieuwe beleidskader zal in beginsel gelden voor de komende zes jaar (2020 tot en met 2025). In 2026 zal het beleid opnieuw integraal worden geëvalueerd. Het Agentschap zal daarnaast minimaal tweejaarlijks een interne evaluatie uitvoeren, zodat indien nodig het beleid kan worden bijgesteld.

Meer informatie is beschikbaar in de brief die minister Hoekstra vandaag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd, het achterliggende evaluatierapport en het externe onderzoek van SEO. Deze documenten zijn beschikbaar via www.dsta.nl.